Daar stond ik dan, net afgestudeerd als ontwikkelingspsycholoog. Klaar om aan de slag te gaan! Ik had er zin in. Alleen was de arbeidsmarkt niet zo gunstig als nu het geval is voor mensen die in de zorg willen werken. Ik solliciteerde me suf, maar kreeg geregeld brieven terug waaruit bleek dat er nog 250 andere kandidaten hadden gereageerd. Maar mijn redding kwam: een vriend tipte mij dat een organisatie in de buurt altijd wel invallers zocht. Misschien was dat wel wat…

Mijn carrière begon als inval assistent begeleidster. Een keuze die bij sommigen de wenkbrauwen deed fronsen: “Wat doe jij nou?? Met jouw opleiding!” Maar voor mij voelde het heel logisch aan. Ik wilde toch aan het werk? Wat was dan het probleem? 

Ik werd ingezet op de groep van Machteld. Alleen voor de piekuurtjes, daarmee was het personeelsbudget op. Bij Machteld kwamen de kinderen met een laag verstandelijk niveau en alle soorten en smaken aan bijkomende handicaps. Om in vaktermen te spreken: het ontwikkelingsperspectief was beperkt. Met kleine stapjes voorwaarts, zorgen voor een fijne, ontspannen dag. Kinderen die niet, of slechts enkele woorden, konden praten. Vooral dat laatste vond ik moeilijk, omdat ik zelf zo talig ben ingesteld. Ik wist helemaal niet hoe dat moest, communiceren zonder woorden. Dat leer je niet op de universiteit.

Maar gelukkig had ik Machteld. Van haar heb ik de kunst afgekeken. Zij bezat het talent om de kinderen te lezen; als ze ‘s morgens uit het busje stapten, wist zij al of het een goede of slechte dag zou worden. Ik keek af en leerde.

Ik leerde dat je kan kiezen door naar datgene te kijken wat je op je brood wil. En als je begeleider dat er dan niet opsmeert, hou je gewoon je mond dicht. Ik leerde dat mopperende geluiden betekenen: “Nou ben ik aan de beurt!” Ik leerde hoeveel pret je kan hebben met een föhn, die je trui doet wapperen en dat het dan kriebelt op je huid. Ik leerde dat plezier helemaal niet ingewikkeld hoeft te zijn: een blokkentoren bouwen en laten omvallen is heel grappig. En ik leerde wat boosheid was toen ik moest duiken voor een pot pindakaas.

Maar vooral leerde ik: goed kijken. Ik leerde dat je soms geen woorden nodig hebt om jezelf verstaanbaar te maken.

Ik voelde me ontzettend in het diepe gegooid, maar ik leerde zwemmen. Met dank aan Machteld.